Op deze pagina vind je voorbeelden van regressietherapie sessies, waarbij de oorsprong van problemen en klachten in verschillende ervaringsgebieden ligt, zoals tijdens de prenatale periode (in de baarmoeder), tijdens de geboorte, in vorige levens, enz.
Eventuele namen van cliënten zijn veranderd om de privacy te waarborgen.
Via de links hieronder vindt je drie volledige sessies:
Prenatale ervaringen
Dit zijn ervaringen die zich voor hebben gedaan tijdens de ontwikkeling van de baby in de baarmoeder. Klachten van cliënten die ontstaan zijn in eerdere ervaringen, nl. in vorige levens, worden vaak ‘geactualiseerd’, dat wil zeggen, opnieuw ‘wakker’, tijdens de fase in de baarmoeder. Hierdoor wordt de oude problematiek weer actueel, en ontwikkelt men in het huidige leven klachten die soms geen grond lijken te hebben, maar waardoor de huidige persoonlijkheid in het huidige leven wel genoodzaakt wordt de problematiek onder ogen te zien en er iets mee te doen. Verder is de zich ontwikkelende baby zeer gevoelig voor invloeden van moeder en de omgeving en kan het, omdat er nog nauwelijks egobewustzijn is, geen onderscheid maken tussen gedachten, gevoelens, denkbeelden enz. van moeder (en belangrijke anderen), en zichzelf. Op deze manier kunnen bijv. negatieve overtuigingen van moeder bij de zich ontwikkelende baby blijven ‘hangen’. Dit kan vooral gebeuren als de ziel die bij deze moeder incarneert door voorgaande ervaringen al ontvankelijk is voor deze overtuigingen.
Voorbeeld 1: ‘Benauwd’
Marja heeft last van angstklachten, waaronder angst voor kleine ruimtes (claustrofobie). In een van de reïncarnatiesessies werken we in een vorig leven waarin zij als jonge vrouw werd opgesloten in een kleine ruimte en misbruikt door een zeer bezitterige en angstige man die in eerste instantie verliefd op haar was.
Haar klachten worden na deze en andere sessies geleidelijk minder, maar verdwijnen niet helemaal.
Dan, wanneer we weer gericht een sessie doen op het gevoel van angst, benauwdheid en opgesloten zitten, ervaart ze zichzelf in de baarmoeder, als baby in haar huidige leven.
Als kind en als volwassene ervaart ze haar moeder als manipulatief en afwijzend, en nu in de baarmoeder voelt ze hoe onprettig ze zich voelt in de sfeer en energie van haar moeder, ze voelt zich opgesloten en benauwd. Haar moeder is krampachtig het huis aan het poetsen en zit beslist niet lekker in haar vel.
Marja begrijpt dat ze zich als baby al benauwd voelde in de energie van haar moeder, en dat hierdoor de benauwdheid uit het vorige leven weer ‘wakker’ werd.
Ik help Marja zich los te maken van de energie van haar moeder door deze heel bewust uit te ademen, en haar eigen energie weer terug te nemen. Hierna voelt ze zich niet meer benauwd, maar heerlijk ontspannen. Na deze sessie zijn de klachten beduidend minder.
Geboorte
Volgt
Traumatische ervaringen in het huidige leven
Volgt
Traumatische ervaringen in vorige levens
Deze kunnen aan het begin staan van een reeks ervaringen, die thematisch aansluiten op het oudste probleem of het gevolg zijn van pogingen om gelijke omstandigheden juist uit de weg te gaan, en van overlevingsstrategieën, die ontstaan naar aanleiding van (niet-geïntegreerde) pijnlijke ervaringen, in een poging ermee om te gaan en verder te leven. Overlevingsstrategieën zijn in de tijd dat ze ontstaan nodig, maar als oude trauma’s onverwerkt blijven worden ze beperkend.
In het huidige leven kunnen problemen ontstaan als gevolg van ‘actualisatie’ (weer wakker worden van) oude trauma’s en de bijbehorende afweermechanismen en overlevingstrategieën door prikkels die (al dan niet oppervlakkig) lijken op de oude omstandigheden rond het trauma.
Voorbeeld 1: ‘Dat wil ik nooit meer voelen’
Karina ervaart een situatie als klein meisje in een primitieve prehistorische stam, dat een ziek, onderontwikkeld linkerbeentje heeft. Op een gegeven moment is het beentje zo ziek, dat het geamputeerd moet worden. Dat gebeurt op een primitieve manier, zonder verdoving, en op het moment dat de pijn ondraaglijk wordt, trekt ze haar gevoel en bewustzijn terug uit haar lichaam en neem ze het besluit dat ze ‘dat nooit meer wil voelen’. Als gevolg van dit besluit is ze levens lang zo slecht in contact met haar lichaam dat het tot vervreemding en lichamelijke klachten leidt. Wanneer Karina het tijdens de sessie aandurft weer te voelen, en haar lichaam weer volledig in bezit durft te nemen, voelt ze zich zowel lichamelijk als emotioneel veel sterker en lekkerder.
Voorbeeld 2: ‘Kijk dan uit, sukkel!’
Kelly bevindt zich in onzekere omstandigheden op een overgangspunt in haar leven. Ze heeft moeite te doen wat nodig is en vervolgens los te laten en te vertrouwen.
Sinds de dag van de afspraak heeft ze opeens pijn in haar onderbeen gekregen. Ze heeft het gevoel dat het er iets mee te maken heeft, dus gebruiken we het gevoel van pijn in haar been als ingang voor de sessie.
Kelly heeft het talent bijzonder snel in trance te gaan, en als ik (zachtjes) op de pijnlijke plek druk, ervaart ze meteen dat ze in een ander leven is, ergens in de Middeleeuwen, en dat er een wagenwiel over haar been rijdt.
Ze is een jonge man, een beetje een flierefluiter, zo’n type wat leeft van wat hem voor de neus komt en er wel op vertrouwt dat het universum voor hem zal zorgen (qua instelling precies tegenovergesteld aan de bewuste instelling van mijn cliënte).
Hij loopt vol optimisme en vertrouwen over straat te flierefluiten en steekt over als er plotseling een grote kar hard aan komt rijden. De kar rijdt over hem heen, en terwijl de jongen in shock gaat van de pijn in zijn been (het is er bijna af), bijt de chagrijnige man op de kar hem toe: “Kijk dan uit, sukkel!” De woorden komen, omdat hij in shock is, keihard binnen en hij gelooft dat het ongeluk zijn schuld is.
Vanaf dat moment durft hij niet meer te vertrouwen, bang voor de gevolgen en in het geloof dat hij een sukkel is, en dat het zijn eigen schuld is dat hij letterlijk niet meer op zijn eigen benen kan staan.
Als we de woorden van de man op de kar onderzoeken, en Kelly begrijpt dat deze wel degelijk ook schuld had aan het ongeluk, omdat hij te hard reed en geen rekening hield met andere mensen, kan zij de schuld en de woorden loslaten en teruggeven. Als we ook de pijn in het geamputeerde been verwerken en loslaten voelt Kelly dat ze weer letterlijk en figuurlijk op haar eigen benen kan staan, en vertrouwen kan hebben in het leven.
Sterfervaringen
Het sterven van een vorige persoonlijkheid in een vorig leven is niet altijd het leukste, maar wel het belangrijkste deel om goed door te werken in een sessie. Als dat niet gebeurt, bestaat de kans dat een deel van de ‘ziele-energie’ van de cliënt nog steeds achter blijft en geassocieerd blijft met het vorige leven, of, andersom, dat een deel van de oude persoonlijkheid blijft hangen bij de cliënt, met toch nog onopgeloste zaken, en dat zorgt vaak voor het blijven van symptomen en klachten. Maar iemand zover te krijgen echt los te laten na de dood en naar ‘huis’ te gaan, is niet altijd even makkelijk.
Voorbeeld: ‘He he, ben je daar eindelijk?’
Miranda heeft er moeite mee, een standpunt in te nemen en stelt zich vaak afhankelijk op van anderen: er zit ergens een overtuiging dat ieder ander het wel beter zal weten dan zij en is bang om, als ze een keuze maakt, de verkeerde keuze te maken. Ze is dan niet duidelijk in wat ze wel en niet wil, en gaat bijvoorbeeld zitten mokken ipv te zeggen dat ze het ergens niet mee eens is.
In de sessie komt ze in een leven terecht waarin ze als heel klein jongetje al jong haar ouders verliest en in een huis terecht komt waar een man betaald wordt om voor weeskinderen te zorgen. Helaas bestaat zijn zorg erin, de kinderen op te sluiten in een donkere kamer en ze regelmatig te mishandelen. Als dat kleine jongetje is ze ook bang het verkeerde te doen, en dan slaag te krijgen en geen liefde en goedkeuring. Liefde en goedkeuring krijgt ze eigenlijk toch niet, maar ze is afhankelijk van deze man, en hij is de enige persoon waarvan ze het zou kunnen krijgen.
Op het meest traumatische moment in dat leven staat de man over het jongetje heen en slaat hem helemaal in elkaar. Als ik vraag hoe het verder gaat, gebeurt er iets vreemds: Miranda zegt verwonderd: ‘Nou, het gaat eigenlijk wel goed, ik groei toch op, ik wordt een jonge man, blond, zie er goed uit…’ Als ik haar vraag toch nog eens even terug te gaan en heel erg goed te gaan kijken en voelen wat er gebeurt als de ‘verzorger’ het jongetje zo erg slaat, blijkt na een poosje dat hij het jongetje wel degelijk dood slaat. Miranda was even een fantasieweg ingeslagen om niet te voelen hoe erg het was. De andere kinderen, broertjes en zusjes, leven nog en daarom vindt het jongetje het na de dood moeilijk om weg te gaan. Hij blijft hangen op die plek, zelfs als de andere kinderen ook al overleden zijn. Als ik vraag of hij niet naar ‘huis’ wil, naar het licht of wat dan ook, blijft hij koppig bij zijn standpunt dat hij de andere kindjes niet in de steek wil laten. Maar als ik na enig onderhandelen vertel dat ze, als ze ook dood zijn, immers al ‘daar boven’ zijn en hij dan zelf kan zien dat het goed met ze gaat, en dat ze waarschijnlijk al jaren op hem staan te wachten, vind hij het eindelijk goed en verlaat hij de naargeestige plek en gaat naar boven. Dan verschijnt er een grijns op het gezicht van Miranda: “Gek hè, ze zeggen: hè hè, ben je daar eindelijk?!”
Tussenbestaan
Na het sterven ervaart de cliënt zich vaak in wat het
‘tussenbestaan’ genoemd wordt: een niet-materiële wereld waarin men meer of minder bewust kan verblijven tussen incarnaties in.
Hoe dit tussenbestaan ervaren wordt kan verschillen al naar gelang de emotionele toestand, instelling en ervaringen van de persoon in het net afgeronde leven. Ook culturele elementen kunnen een rol spelen in de manier waarop men het tussenbestaan ervaart.
Voorbeeld: ‘Boos’
Elske wordt in een vorig leven geëxecuteerd door Duitse soldaten in de Tweede Wereldoorlog nadat ontdekt is dat ze Joodse kinderen verborgen heeft gehouden. Ze is vooral heel erg boos en verontwaardigd. Ze komt na het sterven, nog steeds boos en verontwaardigd, ‘boven’ aan en ziet daar een man die haar doet denken aan de bekende Petrus. Het is een oude, wijs uitziende man. ‘Petrus’ staat haar toe te lachen, en blijft maar lachen, een beetje tot haar ergernis want ze is echt heel boos over alles wat er is gebeurd. Maar hoe boos ze ook is, hij blijft vriendelijk lachen. Uiteindelijk wordt het haar duidelijk dat ze het allemaal wel erg serieus neemt, en kan ze het voorgaande leven en sterven met wat meer relativeringsvermogen bekijken, wat het verwerkingsproces ten goede komt. ‘Petrus’ blijkt overigens haar eigen ziele-essentie te zijn, die ook in andere sessies spontaan opduikt en haar de humor in laat zien van haar proces en haar laat lachen om zichzelf.
Niet-eigen energieën
Onder deze brede noemer verstaan we in regressietherapie alle vormen van energie, die niet bij de cliënt zelf horen en zijn eigenheid en innerlijk evenwicht kunnen verstoren.
Onder niet-eigen energieën verstaan we bijvoorbeeld energieën en ideeën van anderen (denk bijvoorbeeld aan ‘brainwashing’), de niet-opgeloste resten van eigen vorige levens, complete entiteiten, enz.
…Als gevolg van mishandeling
Zo kom ik in de praktijk veel tegen dat cliënten die als kind geslagen werden door een van de ouders, heel wat woede en frustratie van zo’n ouder mee kunnen dragen, vermengd met hun eigen boosheid, onder een laag angst en machteloosheid. Het gevolg hiervan is vaak dat deze mensen als volwassen snel geïrriteerd kunnen zijn, of een diepe machteloze woede ervaren bij het zien van andere mensen of dieren die gekleineerd, onderdrukt of mishandeld worden. Tegelijkertijd met het binnen krijgen van de woede van de ouder verliezen ze iets van zichzelf: hun spontaniteit, vertrouwen, levenslust, enz. Het lucht enorm op als duidelijk wordt waar deze woede vandaan komt, en hij losgelaten kan worden, bijv. door middel van de adem, of door hem er letterlijk ‘uit te gooien’ met een kussen. Bovendien zorgt het daarna terughalen van de eigen energie voor herstellen van het gevoel van eigenheid, zelfvertrouwen, kracht en harmonie. Na een of meer dergelijke sessies ervaren deze cliënten dat ze veel rustiger kunnen reageren op situaties waar ze vroeger met irritatie en machteloze woede op reageerden, en dat ze meer rust en zelfvertrouwen ervaren in zichzelf, weer spontaan en met vreugde in het leven kunnen staan.
…Als gevolg van depressie van ouder(s)
Depressie van een van de ouders tijdens de jeugd leidt er soms toe dat cliënten als kind onbewust besluiten een deel van de depressieve energie te gaan ‘dragen’ voor de ouder. Dit kan leiden tot het later zelf ervaren van klachten die op het randje van depressie liggen: lusteloosheid, moedeloosheid, gebrek aan energie, enz. Vaak gaat een kind deze energie dragen om de ouder te ontlasten, om zo toch de ouder te krijgen die hij of zij nodig heeft: een ouder die wel aanwezig is, aandacht heeft voor het kind, enz. Als in de regressie duidelijk wordt dat dat zo niet werkt, kan de cliënt de depressieve energie (en de ouder) loslaten en de energieën die het zelf is kwijtgeraakt door het aannemen van de depressie van de ouder (zoals levenslust, enthousiasme) terug halen, waardoor de klachten verdwijnen. Door in de regressie zelf als volwassene contact te maken met het kind dat men destijds was, en het alsnog de aandacht en liefde te geven die het nodig had maar niet kreeg, wordt men ouder voor zichzelf, en kan het kind de verinnerlijkte depressieve ouder loslaten, wat essentieel is voor het herstel.
…door vorige levens en entiteiten
‘Aanhechting’ of ‘obsessie’ is een vorm van niet-eigen energie, waarbij nog aan het aardse vlak verbonden energieën van mensen die reeds overleden zijn, bij een ‘gastheer’ (de cliënt) onderdak vinden. Dit gebeurt onbewust, op energetisch niveau.
De aanhechting of ‘obsessor’ kan aansluiting vinden bij de ‘gastheer’ omdat er resonantie is tussen de problematiek van de gastheer en de overledene, die zich zijn toestand vaak niet bewust is en ‘doorleeft’ door de ervaringen van de gastheer. Zo’n aanhechting van wezensvreemde energie kan het leven van de cliënt in meer of mindere mate verstoren; afhankelijk van de aard van de aangehechte energie.
Hieronder vind je een voorbeeld van deze vorm van niet-eigen energie.
Voorbeeld van obsessie: ‘Een chagrijnige man’
Myrna komt aan het begin van een sessie uit bij een moment in haar jeugd, toen ze een meisje van een jaar of 4 was. Ze voelt zich vreemd, star en afgesloten, en alsof ze voortdurend een stem hoort die haar zegt wat ze wel en niet mag doen.
Als ik vraag of de stem een deel van haarzelf is, zegt ze beslist: ‘Nee’.
De stem blijkt toe te behoren aan een donkere, angstaanjagende en boze energie die voortdurend bij haar is. Ik vraag de cliënte de energie wat nader te onderzoeken, en als ze dat doet, blijkt dat in de duistere wolk een doodgewone chagrijnige man verborgen zit. Hoe langer ze de oorsprong van de donkere energie onderzoekt, hoe minder eng hij wordt.
Ik vraag Myrna contact te maken met de man en eens met hem te praten. Wanneer is hij bij haar gekomen? Beseft hij dat hij niet meer in zijn eigen lichaam zit, en dus overleden is?
Het blijkt, dat de man waarschijnlijk heeft geleefd in hetzelfde huis als waar zij nu woont als kind, en zich verraden en in de steek gelaten heeft gevoeld door z’n familie. Hij heeft zich voor z’n dood steeds meer teruggetrokken in bitterheid, en in bitterheid blijven hangen na z’n dood. Hij is bij Myrna gekomen toen ze heel klein was, omdat hij werd aangetrokken tot haar lichte, vrije, blije energie. Maar paradoxaal genoeg doet deze energie doet hem tevens pijn, omdat hij z’n hart in bitterheid gesloten heeft, en ieder spoortje van liefde hem herinnert aan zijn pijn van in de steek gelaten zijn. Dus probeert hij haar licht te smoren, te beheersen, door haar te zeggen wat ze wel en niet mag doen.
De man zit in een impasse, vastgedraaid in zijn pijn en bitterheid. Hij wil eigenlijk wel naar Huis (naar het Licht of de totale Ziel), maar hij weet niet wat hij moet doen. Ik zeg tegen hem: ‘Het enige wat je hoeft te doen, is om hulp te vragen!’ (De ervaring is, dat er altijd hulp van ‘bovenaf’ beschikbaar is voor ‘dolende zielen’, als ze er maar open voor willen en kunnen staan). Het blijft even stil. ‘Wat gebeurt er?’ vraag ik aan Myrna. ‘Hij is weg, hij ging zo, pfffff naar boven in een golfbeweging en is weg!’ De man heeft het zich geen twee keer laten zeggen, heeft kennelijk inderdaad hulp ingeroepen en is op weg naar Huis.
Vervolgens moeten we nog kijken naar het ‘aanhechtingspunt’ van Myrna. Waarom was ze ontvankelijk voor het binnenkomen van deze energie? We gaan terug naar het moment dat hij bij haar kwam. Het blijkt, dat ze erg eenzaam is als klein kind, en de man doet zich in de eerste instantie vriendelijk voor (dit alles gebeurt op een diep en onbewust niveau van energie-uitwisseling). Omdat ze zo eenzaam is, is ze blij met zijn gezelschap. Al gauw wordt hij minder aardig, en begint het dwingen en controleren. Nu we weten dat ze door haar eenzaamheid vatbaar was, doen we nog een korte sessie om haar innerlijk kind te troosten en alsnog te geven wat ze nodig heeft, door Myrna zelf als volwassene, en daardoor de open ‘wond’ te sluiten. Het resultaat van deze sessie in haar leven is, dat ze zich veel vrijer voelt om zichzelf te zijn.
Spirituele ervaringen
Onder deze noemer bespreek ik ervaringen van cliënten die niet zo makkelijk in een hokje te passen zijn, maar een diepe en blijvende indruk achter laten.
Het zijn ervaringen die soms plaats lijken te vinden in symbolische gebieden, of wellicht zelfs in andere, niet-aardse ervaringsgebieden of dimensies. Soms is er sprake van aanwezigheid of interventie van overleden familieleden en voorouders, engelen, gidsen of begeleiders, enz.
Voorbeeld: ‘Afgrond’
Kelly, die veel moeite heeft om controle los te laten en vertrouwen te hebben in het leven, ervaart zich na het doorwerken van een sterfervaring uit een vorig leven opeens als staande op de rand van een soort ravijn. In het ravijn ziet ze mensen op een gebroken hoop liggen die kennelijk naar beneden zijn gesprongen of gevallen.
Ze staat daar, kijkt naar beneden en vraagt zich af wat ze moet doen, hoe kan ze beneden komen zonder in het ravijn te vallen? Moet ze maar vertrouwen hebben en springen? Maar wat als ze erin valt?
Dan hoort ze als het ware een stem die vriendelijk zegt: ‘Je zou ook eens naar boven kunnen kijken!’
Als ze dat doet ervaart ze zich in het gezelschap van een paar wezens die niet echt te beschrijven zijn, maar gehuld lijken in mantels met prachtige kleuren. Voor haar gevoel zijn het begeleiders, die haar bijstaan.
Ze volgt de stem en dan staat ze niet meer aan de rand van de afgrond maar vliegt ze, vol vertrouwen, in het gezelschap van haar begeleiders omhoog.
Als Kelly na de sessie naar huis gaat is haar vermogen om te vertrouwen en los te laten, een stuk groter geworden.
Tenslotte
Herbelevingen worden door cliënten verschillend ervaren. Sommige mensen hebben vooral visuele indrukken, anderen voelen of weten vooral wat er gebeurt. De sessies op deze pagina zijn van cliënten die gemakkelijk vrij complete indrukken krijgen; houd er rekening mee dat dat niet voor iedereen zo hoeft te werken. Voor de therapeutische werking van regressietherapie is dat echter geen probleem; zoals o.a. ook te lezen is op de pagina ‘wat is regressie’.
…>Verder naar complete voorbeeldsessie 1