Geïncarneerde engelen
Wanneer mensen te maken krijgen met het concept ‘geïncarneerde engelen‘ of aarde-engelen, zien ze dit soms door de lens van georganiseerde religie. Meerdere georganiseerde religies beschrijven engelen en hun aard in hun religieuze teksten, en ze zijn in de loop der eeuwen onderdeel geworden van doctrine en dogma.
Religie en cultuur
Voor degenen onder ons die een religieuze achtergrond hebben, of we die nu wel of niet bewust achter ons hebben gelaten, kan het lastig zijn over geïncarneerde engelen te denken zonder deze religieuze connotaties. Ze zijn zo diep verankerd in ons denken, onze fantasie, onze cultuur. Dit geldt zelfs voor mensen die zonder religie zijn opgegroeid. Maar kloppen deze religieuze ideeën eigenlijk wel? Of is de ware natuur van engelen – en geïncarneerde engelen – vertroebeld door religie?
Georganiseerde religies
Er is een groot verschil tussen religie en spiritualiteit. Georganiseerde religies bieden een heel andere ervaring van het spirituele dan het goddelijke direct en persoonlijk te ervaren. Elke georganiseerde religie, groep of sekte, groot of klein heeft tussenpersonen die tussen het individu en het goddelijke staan: priesters, dominees, heilige mannen of vrouwen, sjamanen, boeken, verhalen, enzovoort. Het woord tussenpersoon zegt het al: het betekent dat de ervaring van het goddelijke, van de Bron, passeert door de filter van een ander, menselijk persoon. Een mens die, door zijn of haar wezenlijke natuur op de een of andere manier bevooroordeeld en subjectief zal zijn.
De vertegenwoordigers van georganiseerde religies verschillen in hun vermogen om het goddelijke op een pure en integere manier door te geven. Binnen één enkele religieuze groep kun je mensen vinden die hun best doen een puur kanaal voor het Goddelijke te zijn, en diegenen die eigenbelang mee laten spelen, zoals het voeden van hun eigen ego of andere meer zelfzuchtige motieven.
Religieuze teksten en religieus dogma evolueren door de tijd heen, en hun interpretatie ook. Uiteindelijk is het belangrijk je te realiseren dat ze zijn geschreven en neergezet door mensen. Datzelfde geldt voor het concept van engelen in religie, kunst en cultuur.
Ervaring als geïncarneerde engel
In mijn ervaring als reïncarnatietherapeut en geïncarneerde engel, zijn er grote verschillen tussen religieus dogma, onze overgeërfde ideeën, beelden en culturele beelden van engelen, en de werkelijke ervaring van het zijn van een geïncarneerde engel. Of liever gezegd: het hebben van wortels in de engelensfeer.
Wanneer we het hebben over reïncarnatie, is het belangrijk je te realiseren dat de ziel niet van lichaam tot lichaam reist. In plaats daarvan bevindt de ziel of het hoger Zelf in het eeuwige NU, boven de polariteiten, boven tijd en ruimte uit. De ziel zendt ‘stralen’ van diens wezen en bewustzijn uit in de wereld die menselijke (of andere) vorm aannemen in tijd en ruimte, elk met hun eigen unieke eigenschappen, persoonlijkheden en kwaliteiten. Deze zien we als onze ‘vorige’ en ‘toekomstige’ levens, maar in werkelijkheid zijn wij AL deze levens, en zijn zij allen een deel van ons Multidimensionale Zelf.
Het incarneren van de engel
Wanneer we onze oorsprong hebben in de engelensferen, zijn we in ons bewuste bestaan zeer verbonden met, maar toch al wat onafhankelijk van, de Bron. Als engelen waren we bezig met een van de vele bezigheden die moeilijk te omschrijven zijn in menselijke termen. Dit komt doordat deze ‘taken’ niet gevoeld worden als werk, maar een natuurlijke uitingsvorm zijn van die specifieke engel en diens doel. Ik heb regressie-en reïncarnatietherapie cliënten gehad die hun engelwerk omschreven als het uitstralen en in stand houden van een bepaalde frequentie of energie, het creëren of ondersteunen van hele werelden, of het simpelweg in vreugde ZIJN.
Dan, na wat slechts enkele jaren of millennia kunnen zijn in menselijke lineaire tijd, beslissen sommige engelen zich te gaan manifesteren in tijd, ruimte en materie voor hun eigen unieke redenen, en deel te gaan nemen aan de cyclus van reïncarnatie. Die incarnaties als mens – en andere wezens – zijn, net als hun engelzelf, deel van hun totale multidimensionale Zelf of Ziel.
Engel in een aards jasje
Het ‘engeldeel’ van geïncarneerde engelen kan wat verschillen van hun meer aardse incarnaties – maar hun invloed op hun totale Wezen is altijd aanwezig, hoe subtiel ook. Deze kant van ons wordt gezien of gevoeld door sensitieve wezens als dieren, kleine kinderen, en de minder fysieke wezens als entiteiten en geesten die naar ons toe trekken, net als elementalen zoals elfen en aardewezens. Het engeldeel zal op de één of andere manier als een draad door onze incarnaties lopen en zich presenteren in de vorm van zekere eigenschappen en kenmerken (zie ook mijn artikel Geïncarneerde engelen). En daar wordt meteen het verschil tussen ervaring en religieus dogma zichtbaar.
Natuurreligie vs christendom
Een van de grootste verschillen tussen georganiseerde religies (zoals het christendom) en oudere natuurreligies, is dat in contrast met de ‘heidense’ natuurreligies waarin AL het leven als heilig beschouwd werd, het christendom onderscheid maakt en sommige wezens als heiliger beschouwd dan andere, en sommige als helemaal niet heilig. Waar voor een oude Kelt een rivier of dier gezien zou worden als heilig, wordt de natuur sinds de opkomst van het christendom als grote georganiseerde religie gezien als lager of minder dan de mens, en de mens weer minder dan sommige (door de Kerk uitgeroepen) heiligen, die dan weer als enigen een beetje in het licht van de meest pure wezens konden staan – de engelen.
Emoties en engelen
In deze religieuze context werden engelen beschouwd als goddelijke wezens die puur zijn, zonder eigen wil, slechts een uitvoerend orgaan van de wil van God – de mannelijke god van het Oude Testament, wel te verstaan. Engelen werden uitgebeeld met vleugels om te laten zien dat het goddelijke boodschappers waren, en aureolen om hun zuiverheid uit te beelden. Natuurlijk zouden wezens die zo puur en heilig zijn, nooit lagere gevoelens kunnen hebben zoals passie, boosheid of lust – of een eigen wil hebben!
Seksualiteit en engelen
Seksualiteit in het bijzonder is door het christendom extreem veroordeeld. Waar seks voor de oude natuurreligies als volstrekt natuurlijk of zelfs als een heilige daad werd gezien, werd het in het christendom iets om je voor te schamen, iets wat je alleen in het donker deed om je voort te planten. Niets is meer veroordeeld, geperverteerd en verwrongen geraakt door het christendom dan seksualiteit. We kunnen de resultaten daarvan nog steeds waarnemen in de remmingen van de voorgaande generaties – en de excessen van de hedendaagse hyper geseksualiseerde maatschappij.
Geld en engelen
Naast het veroordelen van seksualiteit, werd er met een schuin oog gekeken naar het genieten van al het aardse goede van de schepping, en mensen schuld aangepraat zodat hun relatie met overvloed en een van diens aardse voertuigen – geld – werd verstoord. Dit tastte hun eigenwaarde en vrijheid aan. Mensen werd gezegd dat ze wegens de erfzonde moesten “werken in het zweet van hun aanschijn” in plaats van de gedijen en genieten van de aardse manifestaties van overvloed zonder schuld, schaamte – of hun tegenhanger, hebzucht.
Invloed van oud gedachtegoed
Dus seks, elk andere emotie behalve serene devotie en geld waren zeker NIET het terrein van engelen en diegenen die werkten voor of een spreekbuis waren van het Goddelijke. Al deze aannames zijn eigenlijk gebaseerd op oude religieuze ideeën over de wereld, de oude god, de schepping en de rol van mens en engel daarin.
Je kunt hun schaduw nog steeds waarnemen in de manier waarop zelfs moderne, spirituele mensen denken over spiritualiteit en geld, seks en het recht op het uitoefenen van je eigen wil.
Zo worden mensen die een spiritueel beroep uitoefenen soms berispt voor het hebben van een eigen leven en het verdienen van een normaal salaris met hun werk – alsof ze eigenlijk in een kloostercel zouden moeten zitten, en van lucht moeten leven of bedelen voor hun eten!
4 Misconcepties over geïncarneerde engelen
In werkelijkheid is dit alles natuurlijk een bijproduct van de religieuze ideeën van een beperkte groep en niet de wet van het Universum. Hier zijn de vier meest voorkomende misvattingen wanneer het gaat over geïncarneerde engelen. Ik heb ze zelfs waargenomen bij geïncarneerde engelen zelf en ze eronder zien lijden:
1 Alle geïncarneerde engelen zijn gevallen engelen
Vanwege het oude christelijke verhaal van de Val van de opstandige engelen, denken sommige mensen nog dat ALLE engelen die incarneren uit de gratie van God zijn gevallen en op de een of andere manier minder puur of zelfs zondig zijn. De waarheid is dat er vanuit de Bron geen enkel oordeel ligt op de vraag of een engel (een deel van) zichzelf besluit te manifesteren in de fysieke wereld. Er is niets verkeerds aan het besluit deel te nemen aan de incarnatiecyclus. Sterker nog, het is een moedige, goddelijke geïnspireerde daad vanuit liefde voor de schepping.
Hoewel er inderdaad engelen bestaan die zich van het licht hebben afgekeerd, uit hoogmoed, jaloezie, pijn of bitterheid, en zich meer gedragen als demonische entiteiten, kom je deze niet zo vaak geïncarneerd tegen – de meesten vallen de mensheid liever lastig vanuit het astrale gebied. En zelfs zij worden niet veroordeeld, en zijn altijd welkom zich weer naar het Licht te wenden als ze daarvoor kiezen.
2 Alle geïncarneerde engelen zijn verheven boven mensen
Aan de andere kant zijn geïncarneerde engelen ook niet ‘beter’ dan hen die geen engeloorsprong hebben. In wezen stamt AL het leven af van de Bron, is heilig en waardevol en heeft de kans verschillende paden naar wijsheid te kiezen, door het ervaren van diverse levensvormen, werelden en dimensies. Meer nog, de menselijke levens van geïncarneerde engelen ervaren het héle palet van menselijke emoties – liefde, lust, verdriet, passie, woede, enzovoort – en hebben daar ook recht op!
3 Geïncarneerde engelen moeten het kwaad bevechten
In de engelenrijken, die zo dicht bij de Bron bestaan, zijn de polariteiten nog afwezig en heerst het Eenheidsbewustzijn. Daarbuiten komen de engelen in aanraking met de polariteiten en dat kan nogal een schokkende ervaring zijn. Vanwege de shock en het gebrek aan kennis van en ervaring met de polariteiten, gaan ze soms geloven dat ze het ‘kwaad’ moeten bevechten om goed te doen. Echter, het kwaad heeft een functie in de wereld – we groeien in wijsheid en bewustzijn door het te ontstijgen, er tegenaan te botsen en steeds te kiezen voor integriteit, moed, waarheid en liefde. Net als wij allemaal, hoeven geïncarneerde engelen niet tegen het duister te vechten – ze hoeven alleen maar het licht te ZIJN.
4 Geïncarneerde engelen moeten de wereld redden
Dit is de overtuiging die ik het meest tegenkom bij mensen met engel incarnaties. Engelen incarneren vaak vanuit altruïstische motieven, omdat ze de pijn van de wereld zo goed kunnen aanvoelen en graag willen helpen. Echter, dit betekent niet engelen het leed van de wereld op hun schouders moeten nemen en andermans pijn moeten dragen. Daarmee zouden ze anderen een belangrijke kans zelf te groeien door ervaring afnemen – en afstevenen op engel-burn-out! In plaats daarvan is het de bedoeling dat engelen, net als iedereen, zich gronden in de aardse realiteit, hun licht en unieke kwaliteiten neerzetten, zélf stralen en de wereld inspireren zodat iedereen er beter van wordt!
© drs. Wendy Gillissen, 2018
Dit artikel van Wendy verscheen eerder op Inspirerend leven.
Kopieren van (delen van) dit artikel is niet toegestaan zonder toestemming van de auteur. Delen via de social media knoppen mag natuurlijk wel, graag zelfs!