Home Regressie- en reïncarnatie therapie Veelgestelde vragen

Veelgestelde vragen

regressietherapie reincarnatietherapie reincarnatie regressie vorige levens ziel creator god nieuwetijd karma akasha ascentie wendy gillissenRegressie en Reïncarnatie vragen

Op deze FAQ (‘Frequently Asked Questions’) pagina vind je veelgestelde vragen en antwoorden met betrekking tot regressie-en reïncarnatietherapie en aanverwante onderwerpen.

Heb je zelf een vraag? Stuur deze dan in via het formulier aan het einde van deze pagina.

N.B. Deze rubriek is bedoeld voor vragen van algemene aard. Voor persoonlijke vragen kun je een afspraak maken met Wendy via de contactpagina.

1. Wat is het verschil tussen regressietherapie en reïncarnatietherapie?

‘Regressie’ betekent simpel gezegd ’terug gaan’, in dit geval terug gaan in de tijd om de oude oorzaken van problemen op te sporen en op te lossen. Eigenlijk ga je tijdens een regressie sessie natuurlijk niet terug, maar haal je je grotendeels onbewust gebleven herinneringen in de vorm van herbelevingen terug naar het hier-en-nu. Regressietherapie is een algemene term voor therapieën waarbij het verleden terug wordt gehaald, met reïncarnatietherapie wordt bedoeld dat er in de therapie ook oorzaken in vorige levens kunnen worden behandeld.
Er bestaan therapieën waarbij alleen met regressie naar het huidige leven wordt gewerkt, zoals Speyertherapie.

Reïncarnatietherapeuten werken daarentegen en in het huidige leven, en met vorige levens omdat er altijd verbanden zijn tussen die twee (anders zou je geen ‘onverklaarbare’ klachten hebben!).

2. Ben je er als client tijdens een regressiesessie wel bewust ‘bij’? En kun je je na een sessie wel alles herinneren?

Ja, en dat is ook de bedoeling! Het therapeutische van regressietherapie zit hem er nu juist voor een groot deel in dat je je in het nu bewust wordt van onverwerkte delen van trauma’s (zie ook: wat is regressie), die je kunt zien als niet volledig beleefde en geïntegreerde ervaringen die je, omdat ze niet ‘af’ zijn, nog parten spelen. Bij regressies naar vorige levens is er sprake van het zg. elliptisch bewustzijn (een bewust zijn met twee ‘brandpunten’), dat wil zeggen dat je je tegelijkertijd bewust bent van jezelf in het hier-en-nu, en van de ervaringen van een vorige persoonlijkheid in een vorig leven.
Omdat je altijd bewust aanwezig blijft tijdens een sessie kun je je dus na een sessie alles gewoon herinneren.

3. Is hypnotherapie hetzelfde als regressietherapie?

Nee, hypnotherapie is heel kort gezegd een heel brede therapievorm waar regressietherapie een onderdeel van kan zijn. Sommige hypnotherapeuten werken wel met reïncarnatietherapie, anderen niet.

4. Is regressietherapie eng?

Dat hangt ervan af wat je met eng bedoelt! Waar je bang voor bent is vaak heel persoonlijk. Voor sommige cliënten is het engste aan regressietherapie dat het nodig is dat ze in contact komen met gevoelens die ze lang hebben weggestopt, om echt van hun problemen af te komen. Het effect is er daarna echter een van opluchting en bevrijding.
Bij reïncarnatiesessies kan het wel eens nodig zijn contact te maken met oude situaties waarbij sprake is van enige angst en/of emotionele of fysieke pijn. Deze is echter altijd maar een fractie van de pijn van de ‘echte’ beleving toen (je zou het kunnen vergelijken met een homeopathische verdunning). De therapeut zal je daar zelf je grenzen aan laten geven aan wat je op dat moment aan kunt, en deze respecteren. Dat zorgt voor veel veiligheid tijdens de sessie. En het onbewuste van iedere cliënt zorgt ervoor, dat er niet meer naar boven komt dan hij/zij op dat moment aan kan.

De therapeut zal je bovendien op liefdevolle wijze helpen deze gevoelens zo soepel en goed mogelijk door te werken en los te laten, zodat je je echt van de oude pijn en de klachten die er mee samen hangen in je leven nu, kunt losmaken. Dan valt het met het ‘enge’ erg mee.

5. Hoe ervaar je de herbeleving in een sessie? En heb je niet het gevoel dat je het verzint?

“Hoi Wendy,
Ik heb een vraag. Als je in zo’n sessie zit en je ‘zit’ dan in je vorig leven of iets dergelijks, zie je wat je dan ziet als een soort herinnering, of voorstelling uit de 3e persoon voor je, of vanuit waar je zit, 1e persoon, (pfoee lastig uit te leggen) zoals wanneer je het op het moment zelf beleeft? En heb je dan niet het gevoel dat wat je ziet je een beetje zit te verzinnen of voelt het meer alsof het je overkomt?”
— Renée.

Beste Renée, eigenlijk stel je hier twee vragen in 1! Ik zal met de eerste beginnen.

De vraag is: hoe ervaar je de herbeleving, in de derde persoon, als een soort film, of in de eerste persoon, alsof je het zelf beleeft?

Het eerste, herbeleven van een afstand, alsof het een film is waarbij je de belevende persoon ziet alsof het een ander is, noem je gedissocieerd herbeleven.
De tweede vorm die je noemt, in de eerste persoon, alsof het je zelf overkomt, noem je geassocieerd

Herbeleven

Beide zijn mogelijk in een sessie en kunnen spontaan optreden en elkaar binnen een sessie afwisselen.
Of je een ervaring uit het verleden geassocieerd of gedissocieerd beleeft, is te sturen in een sessie, door de cliënt zelf, op eigen impuls of wanneer de therapeut dat voorstelt.

Soms is het namelijk nuttig om de situatie even van een afstand te bekijken, bijvoorbeeld om beter overzicht en inzicht te krijgen in wat zich nu eigenlijk afspeelt en waarom.

Stel bijvoorbeeld dat er in het verleden iets gebeurd is waar je een groot schuldgevoel aan hebt overgehouden. Wanneer je dezelfde gebeurtenis gedissocieerd herbeleeft, dus van een afstand, kun je er inzicht in krijgen of je er nu werkelijk wel iets aan kon doen, aan hetgeen er gebeurde. Misschien waren er factoren in het spel die de gebeurtenis veroorzaakten buiten jouw invloed om, en kun je dat pas zien wanneer je overzicht hebt over de situatie.
Soms ook is het goed even ‘uit te zoomen’ en de gebeurtenis van een afstand te bekijken als de client erg angstig is, of een vertekend beeld heeft van wat er zich werkelijk afspeelt, zich teveel identificeert met de oude persoonlijkheid, of als emotie of de pijn in een situatie erg hevig is.
Zo zijn er meer omstandigheden in een sessie waarin het nuttig kan zijn om even ‘uit te zoomen’.

Geassocieerd herbeleven is o.a. nuttig als het gaat om het echte verwerken van oude onverwerkte gebeurtenissen. Emotie, lichamelijke onverwerkte trauma’s en dergelijke kun je het beste integreren in je volledige ervaring en vervolgens loslaten als je ze herbeleeft alsof het op dat moment gebeurt. Natuurlijk ben je je daarbij tevens bewust dat je in het hier-en-nu als je huidige zelf aanwezig bent, waardoor het mogelijk is inzicht te krijgen in het hoe en waarom, de gevolgen van de gebeurtenis en jouw gedachten en conclusies naar aanleiding van de gebeurtenis(en).

Wat je tweede vraag betreft, heb je tijdens een sessie niet het gevoel dat je het verzint, daar heb ik verschillende antwoorden op:

De meesten van ons hebben een innerlijk deel ontwikkeld, wat ook wel de ‘innerlijke criticus’ genoemd wordt. Dit deel van ons beschermt ons in situaties die onze ideeën over onszelf en de wereld op z’n kop dreigen te zetten en houdt niet zo van verandering.
De criticus is een absoluut noodzakelijk onderdeel van je persoonlijkheid, alleen doet hij soms z’n werk een beetje te goed, waardoor het moeilijk is beelden, emoties en gewaarwordingen spontaan te laten komen tijdens een sessie. Dit komt meestal voort uit angst om de controle te verliezen.

Daarom zal ik, als een cliënt er moeite mee heeft spontane ingevingen en gevoelens zonder (zelf)kritiek te laten komen, eerst met het deel werken wat zo’n behoefte heeft aan controle. Vaak is dit deel ontstaan in een gedeelte van het leven van de cliënt waarin hij/zij zich machteloos voelde, niet in staat controle te hebben over zichzelf. Vaak ook is er sprake van een of meer zeer kritische ouders, wiens invloed nog een rol speelt. In zo’n geval doe ik eerst een of meerdere sessies met de cliënt om dat stukje te helen zodat de cliënt zich sterker voelt en tevens makkelijker kan vertrouwen op haar eigen waarnemingen in een sessie.

Verder is het zo, dat wanneer de therapeut je voldoende laat associëren tijdens een sessie, dus herbeleven vanuit de eerste persoon, en je ook helpt je bewust te zijn van de lichamelijke elementen van de ervaring (zoals warmte, kou, druk, enz.), je in staat bent zodanig in de ervaring op te gaan en ze zo realistisch en spontaan te laten gebeuren, dat je al gauw vergeet te twijfelen aan de echtheid ervan. Als je iets immers zo realistisch voelt, bijvoorbeeld de kou van een Russische winter, hoe kun je het dan verzinnen?